donderdag 27 maart 2008

Collectiebeleid in een netwerkorganisatie


300.000 cd's te leen
Originally uploaded by westher
Ik ben deze week met een interessante klus bezig geweest. Een basisbibliotheek in Zuid-Holland heeft ProBiblio ingeschakeld om ze te ondersteunen bij het schrijven van een collectiebeleid. Eén van de vragen die in dat beleid beantwoord moet worden is hoe je in een organisatie met een aantal gelijkwaardige vestigingen toch met speerpunten in de collectie kunt werken. De achterliggende vraag daarbij is volgens mij de vraag hoe de vorming van een basisbibliotheek meerwaarde voor de gebruiker kan bieden.

Voor veel bibliothecarissen voldoet de ideale collectie aan twee criteria:
1. Er is een brede basis, waardoor voor iedere voorkomende vraag materiaal in de collectie is.
2. Populaire titels zijn in grote aantallen beschikbaar, waardoor voor iedere voorkomende vraag het materiaal ook meteen geleend kan worden.

De collectiebudgetten en hoeveelheid kastruimte zijn echter nooit toereikend om een dergelijke collectie te kunnen opbouwen.

Door niet meer de collectie van de vestiging, maar die van het netwerk als uitgangspunt te nemen kan de ideale collectie beter benaderd worden. De brede basiscollectie kan zo namelijk over een groter aantal vestigingen verspreid worden, waardoor er ruimte (zowel fysiek als qua budget) overblijft om meer te investeren in populaire titels.

Maar dan wordt de vraag welk materiaal er voor welke vestiging aangeschaft moet worden alleen maar ingewikkelder te beantwoorden. Voor deze basisbibliotheek hebben we het idee van het werken met speerpunten verder uitgewerkt. Daarvoor hebben we eerst de collectie non-fictie onderverdeeld in 9 clusters van 9 onderwerpen. Per onderwerp hebben we onderzocht in welke vestiging dat vorig jaar het meest uitgeleend is. Onze aanname is dat voor dat onderwerp binnen deze basisbibliotheek de grootste gebruikersgroep dan ook van die vestiging gebruik zal maken. Het ligt dan ook voor de hand om die vestiging het onderwerp als speerpunt toe te wijzen.

In een vestiging met een speerpunt blijf je, op dat onderwerp, collectioneren op een brede collectie, waarin niet alleen populair materiaal opgenomen wordt, maar waarin een beeld van het totale aanbod aan media geboden wordt. In de andere vestigingen kan dan gekozen worden om alleen de meest gevraagde titels aan te schaffen.

Voorwaarde voor deze benadering is dat de inwoners van het werkgebied de hele netwerkcollectie ook inderdaad ervaren als de collectie van hun bibliotheek. Dat betekent dat er in de communicatie naar overheid, gebruikers en niet-gebruikers steeds de nadruk op de totale collectie gelegd moet worden.

Het betekent ook dat gebruikers een titel die niet op het juiste moment op de juiste plaats is wél op een voor die gebruiker acceptabele manier geleverd moet kunnen krijgen. Voor de hand liggende oplossingen daarvoor zijn gratis (of tegen marginale kosten) reserveren of aanvragen, het snel uitvoeren van het leenverkeer en het op een plaats van eigen keuze afleveren van gereserveerde en aangevraagde materialen. Het zou zeer de moeite waard zijn om eens te onderzoeken welke maatregelen voor welke groepen klanten een verbetering zouden betekenen.

woensdag 26 maart 2008

Nog eentje dan

Al het goede komt in drieeën, maar als het gaat om bibliotheekfilmpjes ontbreekt er toch nog één aan mijn vorige bericht. Eerlijk gezegd wilde ik nog snel even m'n bericht posten voor ik naar Obdam vertrok gisterochtend, en had ik daardoor pas later op de dag door dat 'A Librarian's 2.0 Manifesto' en 'The Machine is Us/ing Us' in mijn geheugen tot 1 filmje versmolten waren. Daarom als toegift ook die laatste nog.

dinsdag 25 maart 2008

Bibliotheekfilmpjes op You Tube

Ik kwam voor het eerst met YouTube in aanraking toen de VOB een promotiefilmpje voor al@din had laten maken, en Edwin voorstelde het ook op You Tube te zetten. Op dat moment wist ik nog niet eens hoe je het spelde. Ik heb het in mijn aantekeningen van dat overleg staan als U-Tube (?).



Niet zo lang daarna werd YouTube wat gewoner, en zag ik op allerlei sites en in blogposts ook verwijzingen naar YouTube filmpjes. Het feit dat je ze zo makkelijk kunt embedden zal daar zeker mee te maken hebben. Deze geeft volgens mij perfect de kloof tussen automatiseerders en die rare alfa's in de bibliotheekwereld weer.



En om het trio af te maken ook nog een pracht van een filmpje over web 2.0. Dit filmpje geeft me iedere keer dat ik bekijk een soort geluksgevoel doordat het zo prachtig de kansen laat zien.

donderdag 20 maart 2008

Podcasts beluisteren


Het was nog niet eenvoudig om een podcast te vinden die aan de definitie mp3 + rss voldeed. Het Wikipedia artikel over podcasts geeft daar een goede verklaring voor: een echte podcast geldt als een nieuwe openbaarmaking en daardoor is het qua rechten veel lastiger (lees duurder) regelen dan streaming audio en audio on demand.

Een tweede complicerende factor was dat ik niet zomaar een podcast wilde beluisteren, maar van tevoren bedacht had wat me zou interesseren en pas daarna op zoek ging of ik daarvan een podcast kon vinden. Ik ben namelijk niet zo'n radioluisteraar, dus ik had bedacht dat ik alleen tijd ging besteden aan het luisteren naar een podcast als het me ook echt zou interesseren.

Wat mij (als gebruiker dus) de meest interessante podcast leek was een overzicht van muziek die de komende tijd in concertzalen in mijn woonomgeving gespeeld gaat worden. Met name een podcast van te verwachten bands in het Patronaat in Haarlem leek me wel wat. Maar helaas, het Patronaat doet niet aan podcasts. Ook de Philharmonie niet trouwens. En zelfs de Meervaart (niet echt meer in de buurt, maar ik heb wel een hoge pet op van hun marketingafdeling) had geen podcast. Die hadden overigens wél een paar videofragmenten over aanstaande optredens op hun website staan.

Ook Uit in Noord-Holland voorziet niet in mijn behoefte aan podcasts. Een tip voor de samenstellers van de website? Zelfs 3 voor 12 van de VPRO heeft alleen een RSS-feed waarin de titels van de op de website te beluisteren albums genoemd worden, maar voor het beluisteren moet je alsnog contact leggen met de site.

Daarna ben ik toch een beetje in het wilde weg gaan zoeken. Uiteindelijk vond ik een podcast van het Nederlands Film Festival waarvoor ik eerst iTunes moest installeren en die vervolgens al sinds het najaar geen nieuwe 'casts' bleek te bevatten. En ik vond een werkgerelateerde podcast van de Talis Library 2.0 Gang. 42 minuten lang van dat heel Amerikaanse geklets. Ik heb het bijna 10 minuten volgehouden. Toen was ik het zat.

Kortom, ik ben niet echt enthousiast over podcasts. Zou ik, net zoals een aantal van de collega's, in een 23-dingen-dip zitten? Ik denk dat ik ook gewoon niet zo goed ben in geconcentreerd luisteren als ik daar verder geen beeld bij heb. Ik raak makkelijk afgeleid, en dan is een tekst luisteren toch moeilijker terugzoeken dan een tekst lezen.

woensdag 19 maart 2008

Meer dan 23 dingen

Jan Tweepuntnul blogde een week geleden over de grote hoeveelheid 23-dingen-blogs die de bibliotheekwereld rijker aan het worden is. Hij signaleert dat er volop geblogd wordt, in een wereld die nu niet bekend staat om zijn grote aantal begenadigde schrijvers.

Maar er zit ook een wat minder positieve ondertoon in zijn bericht. Als al die blogs alleen over de 23 dingen gaan zijn we in het bibliotheekwerk nog steeds niet echt ver met het delen van kennis. En als je op die manier naar al onze blogs gaat kijken valt je toch een zeker eenzijdigheid op.

Want onze blogs gaan bijna alleen over wat we voor de 23 dingen doen. Als je ons een beetje volgt krijg je het idee dat alleen schrijver dezes wel eens een boek leest (en dankzij haar leesbevordering worden de j.m. in de tuin van de buren voorgelezen door Anna). Treelertrash, Chordfinder1 en Ycreate hebben duidelijk iets met muziek, en er is een dichter onder ons. Maar het is al met al niet echt het beeld van een bruisende organisatie in de culturele sector.

En wat we met z'n allen doen in de andere 35 uren (max) die een werkweek telt, daar schemert maar zelden iets over door in de berichten. Eerlijkgezegd vind ik het ook wel ingewikkeld, om over m'n werk te schrijven. Zolang het alleen over mezelf en mijn 'leerervaringen' gaat kan ik zelf bepalen wat ik wil vertellen en wat niet. Maar als ik over mijn werk ga schrijven komt daar onvermijdelijk ook iets over klanten en producten in te staan. En die zijn niet alleen van mij, maar zeker ook van mijn werkgever, ProBiblio. Dan wordt het al snel ingewikkeld om een stukje te schrijven, want ik vind dat het wel ergens over moet gaan, maar dat ik voorzichtig moet zijn met wat ik over anderen zeg.


Toch wil ik het wel gaan proberen, want ik denk dat er best interessante dingen te melden zijn over mijn werk. Maar vandaag nog niet. Vandaag ga ik naar mijn cursus Spaans. Met spijt in het hart, want ik zou ook naar de uitreiking van de Dutch Bloggies willen kijken, en ik ben enorm nieuwsgierig naar de documentaire over Boudewijn Büch die vanavond uitgezonden wordt. Ik hoorde gisteravond bij 'De Wereld Draait Door' dat hij vrijwel zijn hele leven zelf verzonnen schijnt te hebben. Dat vind ik zo'n fascinerend idee, passend bij de vreemde schrijver die Büch was, dat wil ik zien.

En nu had ik zo graag de livestream uitzending van de Dutch Bloggies willen embedden, maar dat krijg ik niet voor elkaar. Prut!

The most modern library in the world!

De fotoset van Jenny Levine (The Shifted Librarian) over DOK Delft wordt in de Amerikaanse biblioblogosphere opgepikt. Michael Stephens (Tame The Web) bijvoorbeeld linkt naar de complete fotoset. Ook Polly is diep onder de indruk.

maandag 17 maart 2008

ding #13 Online kantoortoepassingen

Ja, het zal best nuttig zijn, maar van dit ding wordt ik niet enthousiast.

Ik kreeg van biblimarie een uitnodiging om mee te schrijven aan haar vakantiegids. Dat heb ik keurig gedaan (Noord-Spanje!).

Vervolgens heb ik zelf een document gemaakt waarin alle collega's hun contactgegevens voor het Instant Messagen kunnen opslaan. Dat leek me wel praktisch voor ding 14. Jammer genoeg is daar nog niet echt uitgebreid op gereageerd. Ik heb zo veel mogelijk collega's uitgenodigd om er aan mee te schrijven, maar ook hier keert de half-anonimiteit van de deelnemers zich tegen mij. Van het merendeel van de collega's ken ik het gmail-adres niet, dus ik kan ze ook niet uitnodigen. En dit is niet het soort informatie dat ik open op internet wil zetten.

Al met al ben ik nog niet echt enthousiast. Ik zal nog een keer kijken naar Office Live Space, waar ik bij Pientje Pienter over las, die het weer van via Learn2See hoorde, want ik denk dat mijn aversie voor een deel te maken heeft met het ontbreken van de vertrouwdheid van de functionaliteit van Microsoft Office.

En trouwens, wat is er eigenlijk zo 2.0 aan online kantoortoepassingen? Ik associeer 2.0 toch vooral met het ontmoeten van mensen die je (nog) niet kent op basis van een gemeenschappelijke interesse. Een online kantoortoepassing zal je volgens mij toch eerder gebruiken samen met een (kleine) groep mensen die je al wel kent en waarmee je een gezamelijke doelstelling deelt.

Voor 'straf' geen plaatje bij dit bericht.

woensdag 12 maart 2008

Tussendoortje




Op weg naar het weblog van Pientje Pienter kwam ik toevallig een ander blog tegen, dat naar een eerder bericht van mij verwees. Het bleek om het blog van Qwerty te gaan, die bij bibliotheek Leidschendam-Voorburg ook bezig is met de 23 dingen. Het blog zag er sowieso al prachtig uit, maar vooral de slideshow die ik er vond sprak me aan. Natuurlijk heb ik vervolgens bij RockYou ook m'n eigen slideshow gemaakt, van m'n favoriete films.

Instant Messaging : Wie wil mijn vriendje zijn?


LE CHAT
Originally uploaded by zakketty3000
Dit vind ik nou zo sneu! Een veertiger die met drie verschillende programma's open (of vier, of vijf, afhankelijk van hoe je telt) zit te wachten tot er iemand met haar wil chatten. En dat is precies hoe ik me nu voel, sneu.

Ik had al zo m'n vermoedens dat dit een zware week zou worden, vandaar dat ik me eerst met Instant Messaging heb beziggehouden, en later in de week nog naar het voorgaande ding, Document Sharing, ga kijken. Want ik kan natuurlijk best de achtergrondinformatie over Instant Messaging lezen (maar dat heb ik natuurlijk nauwelijks gedaan) en ik kan ook prima programma's voor Instant Messaging installeren, maar daarmee heb je nog steeds niet ervaren hoe het werkt. Om dat te ervaren heb je buddies (yuk!) nodig, en die krijg je niet zomaar (daar moet je WEL wat voor DOEN).

Wat wel aardig is aan dit onderwerp is dat ik uit pure hang naar contact nu de applicaties van alle drie de grote spelers geinstalleerd heb. Ik had al GMail, en had dus kennelijk ook automatisch Google Chat, maar heb voor de volledigheid ook Google Talk geïnstalleerd. Daarnaast gebruik ik Windows, dus ik had Windows Messenger al, maar die heb ik nu zo ingesteld dat hij automatisch opstart als ik mijn computer aanzet. En voor de volledigheid heb ik ook Yahoo!Messenger nog geïnstalleerd. Ook Yahoo! kent mij al een hele tijd, omdat ik veel gebruikmaak van Yahoo!Groups, de e-mailgroepen van Yahoo.

Uit de tijd dat ik landelijk servicemanager al@din was kende ik het bestaan van Meebo al, en zo'n chatwidget op m'n blog leek me wel wat, dus vanochtend heb ik me ook nog aangemeld bij Meebo en Meebo Me hier in de sidebar gezet. Bij het aanmelden bij Meebo kwam ik nog wel wat zaken tegen die mij verrasten:
Ten eerste lijkt Meebo Windows Messenger nog niet te kennen. Voor zover ik kan zien kan je alleen een oud MSN-account aan je Meebo-account koppelen. Dat verrast me dan toch voor een applicatie die zo goed naar z'n gebruikers zou luisteren. Of zou ik ergens een nuance gemist hebben? Gewoon doen alsof je Windows Messenger-account het MSN-account is, lijkt niet voldoende.
Ten tweede maakt Meebo problemen als je je Yahoo!Messenger-account aan je Meebo-account koppelt, terwijl je Yahoo!Messenger ook nog zelf open hebt staan. Op zich niet onredelijk dat je je berichten maar op 1 manier tegelijk kunt lezen, maar waarom heeft hij dat probleem dan niet met Google Talk?

Maar nu is het wachten tot er iemand met me wil chatten. Zelfs Rob is offline :-(

Onderliggend probleem is natuurlijk dat ik niet zo geloof in chatten. Ik ben sowieso niet van dat directe, ik denk liever even na voor ik iets beweer. Zelfs met telefoneren heb ik al helemaal niets. Dat is soms nuttig om even snel iets af te spreken met iemand die niet in de buurt is, maar privé telefoneer ik eigenlijk alleen met mensen die hun mail maar zelden lezen, en dan nog vooral om een afspraak te maken om elkaar te ontmoeten.

Ik zou niet willen beweren dat vluchtig contact slecht is, alleen heb ik er zelf niets mee. Ik denk dat het best goed is om als bibliotheken ook open te staan voor deze vorm van communicatie, en als daar bij ProBiblio ooit voor gekozen zou worden zou ik het ook geen probleem vinden om een dagdeel voor m'n rekening te nemen. Alleen moet je niet verwachten dat er dan naast dat vluchtige chatten ook nog diepgravende dingen gebeuren. Het is natuurlijk geen doen om je als je even niet chat op het oplossen van een ingewikkeld probleem of het verzinnen van een innovatieve toepassing te concentreren. Nee een dagdeel waarop je chat is verder alleen geschikt voor vluchtige activiteiten.

woensdag 5 maart 2008

Zandbak

Misschien komt het wat arrogant over, om als kersvers 23-dingen-deelnemertje meteen een Wikipedia-artikel te gaan schrijven. En als je daar dan vervolgens ook nog over blogt gaat het een beetje op opscheppen lijken, maar zo is het echt niet bedoeld. Het is meer dat ik veel liever iets 'echts' doe dan iets 'neps'. Het is natuurlijk wel lekker veilig om in de zandbak te spelen, want daar maakt het niet uit als je een fout maakt. Maar ik wil geen dingen doen die niet uitmaken (of in elk geval zo weinig mogelijk).

Ter relativering een prachtig lied over een zandbak en nog veel meer. Ik kon geen audiofile vinden om te embedden, dus daarom is het een YouTube 'filmpje' geworden.

Alexander McCall Smith


McCall Smith
Originally uploaded by m.avanti
Weet je niet wie Alexander McCall Smith is? Dan zoek je dat toch op! En tegenwoordig is de eerste plek waar ik dan ga zoeken (of mensen naartoe stuur) Wikipedia. Dat overkwam me zondag toen ik ons eigen Aagje een tip wilde geven voor een schrijver die over Botswana schrijft, naar aanleiding van haar weblog. En laat er nou verdorie in de Nederlandstalige Wikipedia nog geen artikel over deze auteur staan. Na mijn grote woorden bij ding 11 zat er toen nog maar een ding op. Ik moest zelf in deze leemte voorzien.

Ik heb gisteravond de stoute schoenen aangetrokken en ben begonnen met het lezen van de instructies (weinig) en de etiquette (ook niet vreselijk veel) op Wikipedia. Want het natuurlijk toch nogal wat, als je zomaar pretendeert iets wezenlijks aan zo'n gerenommeerde bron toe te voegen te hebben.

Ik moet zeggen dat het schrijven voor Wikipedia echt wel moeilijker is dan het schrijven voor een weblog. Er zit minder software achter om je te helpen met het toevoegen van opmaak, links en afbeeldingen (of die software is er wel, maar is moeilijker te vinden). Gelukkig zit er een goede 'preview' mogelijkheid in, dus je kunt (je moet zelfs) eerst kijken hoe je verhaal er uitziet voordat je het publiceert.

En verder vind ik het best ingewikkeld, een lemma voor een encyclopedie schrijven. De bedoeling is dat je vooral feitelijke informatie geeft, die bij voorkeur door bronnen ondersteund wordt. Nou weet ik natuurlijk als informatiespecialist wel wat af van bronnen, maar omdat ik nog niet kon ontdekken hoe je bronvermeldingen in de tekst verwerkt ben ik ze nog een beetje uit de weg gegaan.

Uiteindelijk is het vooral een bibliografisch artikel geworden en eigenlijk ben ik daar best tevreden mee. Dat is een onderwerp waar ik verstand van heb, en ik heb het gevoel dat ik daarmee de encyclopedie ook echt verrijk.

Maar het mooiste komt nog ... Sinds ik het artikel gisteravond geschreven heb zijn er al twee mensen langs geweest om het te verbeteren. En dan gaat het vooral om Wikipedia-technische zaken waar ik nog niet achter was. Een van de twee heeft de opsomming van boektitels en externe bronnen eleganter opgemaakt en de ander heeft toegevoegd dat het artikel nog een categorieaanduiding moet krijgen.

dinsdag 4 maart 2008

Bibliotheekwiki's


Wiki wiki
Originally uploaded by jdlasica
Ik heb een aantal van de bibliotheekwiki's die op de 23 dingen pagina genoemd worden bekeken, maar vind ze eigenlijk nogal tegen vallen. Een beetje amateuristisch kneuterig. En ik weet ook wel hoe dat komt, want DE wiki aller wiki's (Wikipedia) is gewoon zoveel mooier, dat kan geen lokaal bibliotheekje tegen op.

In zekere zin wel grappig, deze constatering, want hij sluit heel goed aan bij een bericht dat Lorcan Dempsey deze week op zijn weblog plaatste. Hij gaat in op de twee bewegingen die in web 2.0 te onderkennen zijn, namelijk diffusie en concentratie. Het is een prachtig artikel, dat zo vol zit met ideeën dat het voor mij niet te doen is om het samen te vatten (Edwin doet op ZB Digitaal een geslaagde poging). Een van de twee bewegingen die Lorcan Dempsey beschijft is de concentratie van gebruikers en data bij een relatief klein aantal grote spelers (bedrijven, websites). En dat herken ik zeker als het om wiki's gaat. Waarom zou je aan een andere wiki dan Wikipedia schrijven?

En een bijkomende vraag ... Waarom zou je iets als wiki presenteren als je gebruikers er niet aan bij kunnen dragen? Terwijl bij de gegeven voorbeelden het merendeel besloten is en zich toch als wiki afficheert.

Daarom zie ik voor bibliotheken eigenlijk geen rol als het gaat om het opzetten van nieuwe wiki's. Wat me wel interessant lijkt is het organiseren van cursussen om mensen over hun drempelvrees heen te krijgen en hun eigen kennis aan bestaande wiki's toe te voegen. (En OK, het idee van een wiki als onderdeel van een HIP dat Flexvantol en Pientje Pienter noemen vind ik ook wel leuk).

zaterdag 1 maart 2008

Del.icio.us verder ontdekken


Dat ik del.icio.us al geruime tijd gebruik wil niet zeggen dat ik er deze weer niets meer mee gedaan heb. In combinatie met een weblog is er namelijk nog best wat extra functionaliteit die interessant is.

Ten eerste heb ik zo in m'n template geknutseld dat mensen die mijn blog lezen de verschillende berichten nu met een druk op de knop aan hun eigen bookmarks kunnen toevoegen. Ik had bij Jan Tweepuntnul gezien dat het kon en kwam via zijn blog op de site van Add This waar ik de code vond om zo'n 'nifty' knopje onderaan elk blogbericht te zetten.

Verbluffend overigens, hoeveel site voor social bookmarking er dan blijken te zijn. Ik wil de kleurstelling van dit blog graag in het groen/blauw houden, dus noem hier alleen Blogmarks, Netvouz, Newsvine, Slashdot, StumbleUpon en Technorati.

Een tweede toepassing van del.icio.us in dit blog is het lijstje van de meest recente favorieten dat in de sidebar is opgenomen. Zoals je kunt zien ben ik bezig een hovenier te zoeken. Deze toepassingen zijn iets 'socialer' dan hoe ik del.icio.us tot nu toe gebruikte, maar eerlijk gezegd gebruik ik social bookmarking vooral als handige webbased tool, en maak ik niet tot nauwelijks gebruik van het sociale aspect. Ik heb wel een paar mensen in m'n netwerk, maar daar doe ik maar zelden iets mee.

Social bookmarking


del.icio.us spinoff logos
Originally uploaded by dreamyshade
Ik snap er niets van. Bij bijna iedereen die al over ding 10 geschreven heeft lees ik dat ze het nut er niet van inzien. Ben ik nou zo raar? Ik gebruik del.icio.us al anderhalf jaar, en zou echt niet meer zonder willen. Het begon er mee dat ik als servicemanager al@din gedetacheerd was bij de VOB. Daarvoor zat ik twee à drie dagen per week in Den Haag. En ik zocht me rot naar al die handige sites die ik op m'n werk en/of thuis in m'n bookmarks verzameld had. Op dat moment ben ik gestart met een del.icio.us-account en ik vind het gewoonweg fantastisch!

Ten eerste het enorme voordeel dat je vanaf verschillende computers bij dezelfde linkverzameling kan. Ten tweede het voordeel dat je je links van tags kan voorzien, en je dus nooit meer hoeft te zoeken in welke submap je die handige link nou opgeslagen had (was het onder naslag of onder e-commerce, onder bibliotheek of boeken). Ten derde de mogelijkheid om anderen mee te laten kijken in je bookmarks.

Een voorbeeld daarvan: Vorige zomer zouden we met drie gezinnen een huis in de Ardennen huren, maar omdat we niet echt dicht bij elkaar in de buurt wonen was het nog een heel gedoe om het eens te worden over wat we het leukste huis vonden. Door iedereen de shortlist te laten bekijken waren we er toch vrij vlot uit.

Tenslotte nog een vierde voordeel: Het is voor andere gebruikers van delicious heel eenvoudig om links waarvan ze denken dat die interessant voor je zijn door te geven. Om daarvan gebruik te maken heb ik een account voor de Noord- en Zuid-Hollandse AquaBrowser gemaakt. Dat account kunnen mensen in de bibliotheken gebruiken om sites die ze de moeite waard vinden om via ZoekGenie te ontsluiten aan mij door te geven. Ik geef toe dat dat nog niet veel gebeurt, maar de open manier waarop het kan spreekt mij in elk geval erg aan.